Orljava: 172 dappere Kroatische kledingarbeidsters onterecht ontslagen maar behaalden hun recht!
“We vinden (…) dat OLYMP, als enige buitenlandse afnemer, actie moet ondernemen om de voormalige kledingarbeidsters van Orljava, van wie velen tot op de dag van vandaag zonder werk zitten, te steunen. Jullie zijn aan zet, OLYMP!“
De Orljava-fabriek
Al meer dan vijf decennia kocht het Duitse merk OLYMP zijn producten in bij kledingfabriek Orljava in Požega, Kroatië. Het was de belangrijkste klant van de fabriek, die zich specialiseerde in de herenoverhemden van OLYMP. OLYMP betaalde hele lage prijzen voor zijn orders. Voor de arbeidsters betekende dit lage lonen en vertraagde uitbetalingen van salarissen, soms kregen ze die pas na jaren. Toen de COVID-19-pandemie uitbrak, bracht OLYMP de orders drastisch terug, wat ertoe leidde dat de fabriek ongeveer 100 arbeidsters op een korte termijn contract moest ontslaan. Om een beeld te geven: het aantal orders daalde van zo´n 17.000 tot 33.000 stuks per maand in 2019 naar nul in mei 2020. In de rest van het jaar werden er toch nog wat kledingstukken besteld door OLYMP, maar veel minder dan in de jaren daarvoor.
In oktober 2020, liet OLYMP het management van de fabriek weten van plan te zijn om niet meer bij Orljava in te kopen. Hoewel de fabriek financiële steun kreeg onder het pandemie-noodhulpbeleid van de Kroatische overheid, bleef de fabriek door de lage prijzen die OLYMP al die jaren had betaald in een moeilijke positie achter na de laatste orders. Toen de fabriek failliet ging, raakten alle 172 kledingarbeidsters – die nog in de Orljava-fabriek werkten – hun baan kwijt zonder ontslagvergoeding – waar ze recht op hadden – te ontvangen. Dit was een ramp voor de vrouwen die in deze fabriek werkten. De meesten van hen hadden er lange tijd gewerkt en waren nog te jong om aanspraak te maken op pensioen, maar vaak te oud bevonden om gemakkelijk een nieuwe baan te kunnen vinden. In de woorden van Snjezana, een voormalige medewerkster van Orljava: “Ik heb 31 jaar voor OLYMP gewerkt in allerlei omstandigheden, waaronder oorlog. Ik ben mijn gezondheid kwijtgeraakt, en ik kan niet eens met pensioen.”
Strijd om ontslagvergoeding
In oktober 2021 kwam er eindelijk wat verlichting: 37,5% van de verschuldigde ontslagvergoeding werd door de staat betaald, volgens de regels van de Kroatische wetgeving. In lijn met de wet moest het resterende bedrag betaald worden na de verkoop van de fabriek, voor zover er geen andere schuld was die eerst betaald moest worden, zoals een banklening. Toen bleek dat ze niet zouden krijgen waar ze recht op hadden, organiseerden de voormalig arbeidsters protestacties in Požega en Zagreb. Ook zetten ze internationale solidariteitsacties op en stuurden een groot aantal brieven naar de Kroatische regering en OLYMP. Met succes: Deze acties zorgden ervoor dat de Kroatische regering overging tot betaling van de achterstallige ontslagvergoedingen en andere vorderingen van bijna 500.000 euro aan 237 ex-arbeiders van de Orljava fabriek.
Kledingarbeiders in andere fabrieken kregen door deze zaak de hoop dat de overheid beter zal opkomen voor hun rechten bij loondiefstal en niet betaalde ontslagvergoedingen. De 18 maanden zonder inkomen waren echter moeilijk voor de kledingarbeidsters: Kroatië voorziet nauwelijks in werkloosheidsuitkeringen. Een ontslagvergoeding is bedoeld om wat financiële zekerheid te bieden, maar in dit geval hebben de werkneemsters die niet op tijd ontvangen.
OLYMP ter verantwoording geroepen
De arbeidsters hebben uiteindelijk gekregen waar ze recht op hadden, echter heeft OLYMP nooit enige verantwoordelijkheid genomen voor de schade die de arbeidsters – die decennialang de overhemden van OLYMP hebben gemaakt – opliepen. Mario Iveković van Novi Sindikat zegt hierover: “We zijn blij dat een van de verantwoordelijke partijen, namelijk de Kroatische regering, verantwoordelijkheid heeft laten zien, maar we vinden ook dat OLYMP, als enige buitenlandse afnemer, actie moet ondernemen om de voormalige arbeidsters van Orljava, van wie velen tot op de dag van vandaag zonder werk zitten, te steunen. Jullie zijn aan zet, OLYMP!“
In oktober 2023 hebben Novi Sindikat en CCC een klacht bij het Duitse Nationale Contactpunt (NCP) tegen OLYMP ingediend in de hoop een constructieve dialoog met OLYMP op gang te brengen. Het NCP is een onafhankelijk orgaan en biedt werknemers en NGO’s de mogelijkheid om klachten in te dienen tegen bedrijven zoals OLYMP. Volgens CCC schendt OLMYP duidelijk de OESO-richtlijnen voor multinationale ondernemingen, dus zou het NCP de zaak moeten opnemen.
In de klacht voeren Novi Sindikat en CCC aan dat OLYMP niet de juiste op risico gebaseerde zorgplicht heeft uitgevoerd. Met andere woorden, het merk had moeten voorkomen dat de arbeidsters schade zouden ondervinden door het beëindigen van de orders. Voornamelijk omdat de fabriek gespecialiseerd was in, en afhankelijk was van, de orders van OLYMP. De tweede klacht gaat over het falen van OLYMP om de arbeidsters en vakbonden te betrekken en in te lichten over het stoppen van de orders. De arbeidsters wisten tot op het laatste moment van niets over de sluiting en de vakbonden kregen geen kans om te onderhandelen. Tot slot werd het NCP gevraagd om te verduidelijken wat OLYMP in plaats daarvan had moeten doen en hoe het bedrijf in de toekomst in dergelijke situaties zou moeten handelen.
Totdat OLYMP zijn verantwoordelijkheid erkent zal CCC in Kroatië, Duitsland en daarbuiten de strijd niet opgeven en blijven aandringen op verantwoording.
Clean Clothes Campaign werkt aan een aantal zaken met betrekking tot onbetaalde ontslagvergoedingen als gevolg van fabriekssluitingen tijdens de COVID-19-crisis en daarna. Het internationale netwerk pleit ervoor dat kledingbedrijven een juridisch bindende overeenkomst ondertekenen om ontslagvergoedingen bij massa-ontslag als gevolg van fabriekssluitingen in de toekomst te garanderen en de vakbondsvrijheid van werknemers te beschermen. Meer informatie over de oproep tot actie is hier te vinden.
Vanwege de strategische ligging is productie in Kroatië vooral in trek bij Duitse en Italiaanse merken. Sinds de jaren 90 heeft de kledingsector in Kroatië het echter moeilijk om zich staande te houden, vanwege de populariteit van goedkopere productielocaties buiten Europa. Om te kunnen concurreren worden de lonen laag gehouden en krijgen bedrijven douanevoordelen aangeboden. Doordat arbeidsrechten vaak geschonden worden, in combinatie met de lage lonen en het gebrek aan scholing, verlaten steeds meer arbeiders de sector. De sector moet fundamenteel veranderen om te kunnen beantwoorden aan de noodzaak van een just transition: een omschakeling naar een kledingsector waarin arbeidsrechten en milieu worden gerespecteerd.