Op 24 april 2013 stortte het Rana Plaza gebouw in Bangladesh in. Tenminste 1138 mensen kwamen om, de overgrote meerderheid van hen was kledingarbeider in 1 van de vijf fabrieken die in het gebouw gevestigd waren. Modemerken beweerden dat de ramp een katalysator zou zijn voor verandering in toeleveringsketens. Daadwerkelijke vooruitgang blijft beperkt tot onderwerpen die geregeld zijn binnen bindende overeenkomsten. Schone Kleren Campagne roept kledingmerken op om te stoppen met het maken en verbreken van loze beloftes en zich te committeren aan bindende verplichtingen.

De instorting van het Rana Plaza gebouw was geen opzichzelfstaand incident, maar het gevolg van een opeenstapeling van diepgewortelde, systemische problemen in de kledingindustrie. Ondanks een evacuatie de dag ervoor, ging onder de moordende druk van de fast fashion industrie het werk de volgende dag door. Hongerlonen in de industrie dwongen arbeiders terug het gebouw in, onder dreiging van verlies van loon. Zonder vakbondsvrijheid konden de arbeiders zich niet collectief verzetten.

Uit angst voor negatieve reacties deden modemerken na de instorting aanvankelijk vergaande beloftes om de industrie te verbeteren. H&M beloofde om binnen vijf jaar in hun volledige toeleveringsketen een leefbaar loon te betalen. Cruciaal was de druk van een miljoen handtekeningen op een petitie om merken te overtuigen een bindende overeenkomst over gebouwveiligheid (het Internationaal Akkoord) te ondertekenen. Twaalf jaar later is fabrieksveiligheid in Bangladesh veel verbeterd, maar zijn lonen nog altijd onaanvaardbaar laag en worden vakbondsrechten geschonden. Het is hoog tijd dat alle arbeidsrechten worden gegarandeerd door bindende overeenkomsten en wetten. Daarom vechten we samen met andere NGO’s het ondemocratische ‘Omnibus’-proces van de Europese Commissie aan.

Stop uitbetaling van hongerlonen en de repressie tegen arbeiders die een hoger loon eisen

Merken maken al jaren loze beloftes over leefbare lonen, en toch verdienen arbeiders in Bengaalse kledingfabrieken nog altijd hongerlonen. Twee keer in de afgelopen twaalf jaar mislukten de onderhandelingen om het minimumloon te herzien. Merken weigerden de looneisen van arbeiders te steunen, die volgens arbeidsdeskundigen het absolute minimum waren om arbeiders boven de armoedegrens uit te krijgen, nog ver onder het geschatte leefbare loon. Beide onderhandelingen resulteerden in ernstig ontoereikende loonsverhogingen, gevolgd door protesten van arbeiders die gewelddadig werden neergeslagen. Tienduizenden arbeiders hebben nog steeds te maken met ongegronde aanklachten. Door Schone Kleren Campagne’s lopende campagne zijn er 9 zaken van massa-aanklachten tegen arbeiders geannuleerd.

Dit moet hand in hand gaan met een betere wettelijke bescherming van het recht van arbeiders om voor zichzelf op te komen door zich te organiseren. Merken zouden een zero-tolerance beleid moeten voeren ten aanzien van vakbondsrechtenschendingen in hun toeleveringsketens. Dit is uiterst urgent, gezien slechts twee jaar geleden een vakbondsleider werd doodgeslagen nadat hij een kledingfabriek had verlaten om arbeiders te helpen in een loonconflict. De meeste inkopers hebben niets gedaan om zijn familie te compenseren of een dergelijke tragedie te voorkomen.

Alleen wettelijke verplichtingen maken blijvende verandering mogelijk

In juni vorig jaar werd de Corporate Sustainability Due Diligence Directive (CSDDD) goedgekeurd, die grote bedrijven die actief zijn in de EU verplicht om due diligence uit te voeren op het gebied van mensenrechten en milieu. De tekst vormde een eerste stap om bedrijven te verplichten hun waardeketens te controleren op mensenrechtenschendingen en om merken juridisch aansprakelijk te kunnen stellen in geval van schendingen. Helaas ligt deze baanbrekende wetgeving, minder dan een jaar later, onder vuur omdat de Europese Commissie voorstelt deze af te zwakken met een “Omnibusvoorstel“. Kalpona Akter, oprichter van het Bangladesh Centre for Worker Solidarity en voorzitter van BGIWF, zei: “De instorting van het Rana Plaza gebouw kon plaatsvinden omdat merken wegkeken van onveilige werkplekken, hongerlonen en schending van het recht op organisatie in hun toeleveringsketens. De twaalf jaar na Rana Plaza hebben aangetoond dat echte verandering alleen mogelijk is als gedrag en praktijken van merken worden gereguleerd door robuuste wettelijke verplichtingen. Het is van cruciaal belang dat de CSDDD niet wordt verzwakt.”

Met de val van de door werkgevers gedomineerde vorige regering is er een kans op een nieuw tijdperk voor Arbeidsrechten. Vakbonden en NGO’s in Bangladesh, waaronder veel organisaties uit het Clean Clothes Campaign-netwerk, hebben een cruciale rol gespeeld in verschillende adviescommissies die onlangs hun aanbevelingen hebben gepresenteerd. Schone Kleren Campagne roept de interim-regering op om het advies van de commissies voor arbeidshervorming en vrouwenrechten, waarvan de aanbevelingen later deze maand worden gepubliceerd, ter harte te nemen om ervoor te zorgen dat de wetgeving van Bangladesh de belangen van werknemers vooropstelt.

Achtergrond Internationaal Akkoord

De meeste vooruitgang door het Internationaal Akkoord werd geboekt op het gebied van fabrieksveiligheid. Ondanks het algemeen erkende succes van het juridisch bindende Veiligheidsakkoord (ondertekend door meer dan 260 merken wereldwijd), blijven sommige kleding- en huishoudtextielmerken vertrouwen op ineffectieve, vrijwillige zelfcontroles of profiteren van het werk van het Akkoord zonder daar zelf aan bij te dragen. Kontoor Brands (Wrangler, Lee), Decathlon, Amazon, IKEA, Walmart, Urban Outfitters and Tom Tailor brengen het leven van de mensen die de kleding maken nog altijd in gevaar door hun weigering het Akkoord te tekenen.

Om de geboekte vooruitgang te behouden, is het van cruciaal belang dat de ondertekenaars van het Akkoord de buitensporige invloed van werkgevers op de implementatie van het veiligheidsprogramma en de bestuursstructuur (governance structuur) van het programma (RSC) – zoals recentelijk door Schone Kleren Campagne en andere getuigenondertekaars van het Akkoord in een memo aan de orde gesteld – aanpakken.

Letsel en sterfgevallen op de werkplek komen nog steeds voor in de sector, maar sinds 2022 kunnen arbeiders die gewond zijn geraakt en families van omgekomen arbeiders eindelijk een schadevergoeding claimen onder een proefproject voor de Employment Injury Scheme (EIS). Rashadul Alam Raju, algemeen secretaris van de Bangladesh Mukto Garment Sromik Union Federation (BIGUF) zei: “Het EIS-pilotproject moet in wetgeving worden omgezet om ervoor te zorgen dat alle arbeiders of hun families automatisch en onmiddellijk toegang hebben tot compensatie in geval van letsel of overlijden op de werkplek.”

Gerelateerd nieuws