De strijd van kledingarbeiders en de inzet van SKC en anderen om het oprollen van fabrieksvakbonden tegen te gaan kennen veel tegenslagen maar hier en daar ook success. Eerder berichtten we dat de ontslagen die de afgelopen maanden massaal vielen naar aanleiding van de coronacrisis vaak worden gebruikt om juist ‘lastige’, activistische werknemers die zich inzetten voor fabrieksvakbonden, te neutraliseren. Onder meer in Myanmar (Birma) doet dit probleem zich voor, maar valt er ook succes te melden. Twee fabrieken waar SKC campagne voerde om ontslagen vakbondsleden en -leiders opnieuw in dienst te laten nemen, hebben vorige maand bakzeil gehaald.

Eind juli haalde het management van de Rui-Ning-fabriek en de Huabo Times-fabriek, beide in de hoofdstad Yangon, bakzeil, door het ontslag van respectievelijk 324 en 107 vakbondsleden en sympathisanten terug te draaien en de fabrieksvakbonden te erkennen.

De vakbondsleden, ondersteund door SKC en lokale vakbondsfederaties, namen contact op met de belangrijkste modebedrijven die bestellingen plaatsen in deze fabrieken: Inditex (Zara), Bestseller, Mango, Tally Weijl en Primark. De zaak kreeg aandacht in internationale media en tientallen ondersteunden diverse online- en brievenschrijf-acties om het oprollen van de vakbonden onder het mom van covid19 bloot te leggen.

Terwijl Inditex een leidende rol speelde bij de onderhandelingen, waren de andere merken minder actief: er was bijvoorbeeld veel onduidelijkheid over de betrokkenheid van Bestseller bij het oplossen van de zaak. Het Deense merk zegt dat het ‘nul tolerantie’ heeft ten aanzien van schendingen van de vrijheid van vakvereniging, maar toch is dit een terugkerend probleem in zijn toeleveringsketens. Bestseller heeft gezegd dat het ‘de uitvoering van deze overeenkomst nauwlettend in de gaten zal houden’, net als de CCC. We dringen er bij alle merken op aan om een ​​duidelijk beleid te voeren om discriminerende ontslagen te bestrijden.