Japanse modeketen Uniqlo verwaarloost Jaba Garmindo arbeiders
Op 14 november 2018 verliet de afgevaardigde van Uniqlo een bemiddelingsproces in Jakarta zonder een noemenswaardig aanbod te doen om voormalige werknemers van de Jaba Garmindo fabriek in Indonesië tegemoet te komen. De Jaba Garmindo fabriek ging in 2015 failliet nadat Uniqlo plotseling orders terugtrok. Door dit onverwachte faillissement kwamen vierduizend arbeiders, voornamelijk vrouwen, diep in de schulden terecht, zonder vooruitzicht op een baan.
Internationale acties
De Schone Kleren Campagne is afgelopen zomer begonnen aan een internationale campagne om Uniqlo bij te laten dragen aan de wettelijk verschuldigde ontslagvergoedingen. Er is actie gevoerd tijdens openingen van nieuwe Uniqlo-winkels in Europa waarbij het publiek over de arbeiders in Indonesië werd geïnformeerd. In oktober volgde er een tour van sprekers in Tokyo, waar het hoofdkantoor van Uniqlo zit. De acties overtuigden Uniqlo uiteindelijk om, twee weken geleden, de arbeiders op te zoeken in Jakarta.
Faillissement Jaba Garmindo fabriek
Net voordat de Jaba Garmindo fabriek zijn deuren sloot, in april 2014, maakten arbeidsrechtenactivisten melding van arbeidsovertredingen in de fabriek. De overtredingen waren onder andere het onwettelijk ontslaan van zwangere werknemers, onbetaalde overuren, gezondheids- en veiligheidsrisico’s en tegenwerking van de vakbond. In die tijd verklaarde Uniqlo dat ze de productie in de fabriek stop hadden gezet door problemen rondom kwaliteit. In het begin van januari 2015 kregen medewerkers niet langer hun salaris op tijd betaald. Drie maanden later sloot de fabriek onverwacht. In april 2015 werd deze failliet verklaard, waardoor 4000 werknemers werkloos achterbleven, wachtend op miljoenen aan onbetaalde salarissen en ontslagvergoedingen.
Uniqlo’s CEO rijkste man van Japan
In hetzelfde jaar dat de fabriek failliet verklaard werd, rapporteerde Uniqlo een toename van de winst met 10,3%. Elk jaar bleef de winst stijgen; in augustus van dit jaar stond de groei op 38,1%. Tadashi Yanai, CEO, is de rijkste man van Japan en is een van de rijkste mensen ter wereld. Zijn bezit is in de afgelopen twee jaar, sinds april 2016, bijna verdubbeld tot $25,4 miljard.
Bemiddelingsproces: Uniqlo oneerlijk
Uniqlo was oneerlijk over hun intentie om tot een oplossing te komen tijdens de bemiddelingsbijeenkomst met de vakbond van de voormalige Jaba Garmindo fabriek midden november. Voorafgaand aan de bijeenkomst verklaarden de afgevaardigden van Uniqlo dat ze bereid waren een afspraak te maken om de arbeiders tegemoet konden komen. Dit in aanvulling op hun vorige aanbod om een andere werkplek voor arbeiders te faciliteren. Arbeiders willen dat er een fonds wordt opgezet waar zij uit gecompenseerd worden, en hebben Uniqlo gevraagd hier een substantiële bijdrage aan te leveren. Tijdens de bijeenkomst weigerde Uniqlo niet alleen een bijdrage te leveren aan dit fonds; zij deden geen enkel ander voorstel tot het bieden van bijstand. Er bleek geen enkele sprake van goede intenties.
Uniqlo weigert een oplossing
Buiten het gebouw waar de bemiddelingsbijeenkomst plaatsvond wachtten meer dan 200 ex-Jaba Garmindo arbeiders urenlang in de hitte, in afwachting van enige tegemoetkoming. De afgevaardigden van de arbeiders benadrukten herhaaldelijk dat een substantiële bijdrage aan het fonds de enige betekenisvolle manier is waarop Uniqlo hen kan compenseren. Ze wijzen op de grote financiële en psychologische last die duizenden arbeiders en hun families ervaren als gevolg van de sluiting van de fabriek. Uniqlo herhaalde dat zij niet wettelijk verplicht zijn om nagelaten betalingen aan arbeiders te voldoen als gevolg van het sluiten van de fabriek. Uniqlo heeft verder geweigerd deel te nemen aan een tweede bijeenkomst.
Insiders uit de industrie markeren Uniqlo als een keten die enkel gaat voor winst. Uniqlo’s weigering om de uitstaande schulden aan de Jaba Garmindo arbeiders (van maar liefst $5,5 miljoen) te betalen gaat in tegen internationale standaarden en Uniqlo’s eigen gedragscode.
Naleven mensenrechten
Uniqlo ontkent de feiten van deze zaak en de schending van mensenrechten in de vorm van verschuldigde ontslagvergoedingen niet. En toch weigert Uniqlo tegemoet te komen aan de voormalige Jaba Garmindo arbeiders. Ze verklaren simpelweg dat het geen wettelijke verplichting voor hen is. Dit is precies waar de VN Richtlijnen voor Bedrijfsleven en Mensenrechten voor zijn opgesteld: om bedrijven als Uniqlo aan te pakken, die volhardend hun productie blijven uitbesteden om wettelijke verantwoordelijkheid voor de consequenties van hun handelspraktijken te ontwijken.
De Richtlijnen stellen vast dat bedrijven een verantwoordelijkheid hebben om mensenrechten in hun productieketens na te leven en te beschermen. Uniqlo’s gedragscode bevestigt dit door te stellen dat “verplichtingen [van het bedrijf] de verplichtingen in de lokale wet kunnen overstijgen om de rechten van de arbeiders, zoals vastgesteld in de nationale en internationale arbeids- en sociale zekerheidswetten en -reglementen, veilig te stellen”.
Mirjam van Heugten, coördinator bij de Clean Clothes Campaign, was ook bij de bijeenkomst. Ze zegt daarover: “De meeste vrouwen en mannen die ik er heb ontmoet waren van middelbare leeftijd. Het waren loyale werknemers, die wel tien, twintig en soms meer dan dertig jaar voor de fabriek gewerkt hadden. Op het moment dat fabrieken sluiten zonder ontslagvergoedingen te betalen, is dat gelijk te stellen aan het achterhouden van lonen, en dat is een significante schending van mensenrechten. De consequenties voor de arbeiders zijn zeer groot en langdurig. Merken als Uniqlo hebben een duidelijke verantwoordelijkheid om in alle gevallen van achtergehouden lonen een oplossing te bieden, net zo goed als dat ze een verantwoordelijkheid hebben om kinderarbeid en seksuele intimidatie bij vrouwen tegen te gaan in de fabrieken waar hun kleding geproduceerd wordt.”
Betalen van ontslagclaims bij faillissement
De eisen van de voormalig arbeiders van Jaba Garmindo aan Uniqlo zijn niet nieuw of ongebruikelijk. Sterker nog; veel van Uniqlo’s concurrenten hebben wel toegezegd bij te dragen aan de betaling van ontslagclaims wanneer een leverancier dichtgaat door faillissement of andere redenen. Nike, Adidas, Disney, Fruit of the Loom, Hanesbrands, H&M, Walmart en Jack Wolfskin hebben allemaal actieve stappen ondernomen in eerdere vergelijkbare situaties, om te garanderen dat arbeiders gecompenseerd werden voor waar ze wettelijk recht op hebben na een faillissement en sluiting van een fabriek.
Warni, een medewerker van de Jaba Garmindo fabriek die er sinds 1992 werkzaam was, zegt: “Het was duidelijk dat Uniqlo veel invloed had op de zaken van de fabriek. Wanneer er bestellingen van Uniqlo binnenkwamen, werden er nieuwe machines gekocht en werd er flink geïnvesteerd. Er werden hoge targets opgelegd elke dag, wat betekende dat we veel moesten overwerken. Er waren dagen dat ik wel 900 mouwen moest naaien. We konden niet eens naar het toilet tussendoor. Toen mijn man erg ziek werd en naar het ziekenhuis moest, mocht ik geen verlof opnemen om voor hem te zorgen. Nu is hij overleden.”
Invloedrijke speler in de mode-industrie
In de tussentijd is Uniqlo bezig de Europese markt te veroveren. Dit najaar zijn er winkels in Stockholm en Amsterdam geopend en er zijn meer openingen van Europese winkels aangekondigd voor volgend jaar; onder andere in Stockholm en Milaan. Het moederbedrijf van Uniqlo, ‘Fast Retailing’ zal eind deze week haar Algemene Vergadering houden, wanneer het bedrijf ook verwacht nieuwe winstrecords bekend te maken.
Mirjam van Heugten: “Uniqlo wil koste wat kost bekend staan als een belangrijke en invloedrijke speler in de mode-industrie. Het wil Japans’ reactie zijn op Zara of H&M en belooft duurzaamheid na te streven. Duurzaamheid betekent wel verantwoordelijkheid nemen. Duurzaamheid gaat niet alleen over stukjes plastic uit de Amsterdamse grachten vissen. Het gaat erover dat er in de productieketens geen mensenlevens in gevaar worden gebracht of beschadigd, en dat de mensen die de kleding maken een eervol leven kunnen leiden.”