Vandaag, op de Dag van de Mensenrechten, sluit Schone Kleren Campagne zich aan bij een internationale campagne voor een hoger loon in Cambodja. Op deze actiedag, die plaatsvindt in meer dan vijfentwintig landen, worden kledingmerken als H&M, Levi’s, Inditex (Zara, Bershka), adidas en GAP opgeroepen ervoor te zorgen dat kledingarbeidsters in Cambodja maandelijks minimaal $177 krijgen. Dit als eerste stap richting een leefbaar loon.

Daarnaast steunen wij de coalitie vakbonden in Cambodja in hun eis dat een controversiële vakbondswet niet wordt aangenomen voordat de overheid garandeert dat vakbonden en maatschappelijke organisaties op juiste en eerlijke wijze geraadpleegd zijn.

Om de vakbondsleden te steunen vinden er vandaag in Europa, Amerika en Azië acties plaats voor de winkels van verschillende kleding- en sportmerken. In Cambodja gaan duizenden kledingarbeiders de straat op voor een leefbaar loon.

Al sinds eind 2013 voeren Cambodjaanse kledingarbeiders actie voor een hoger loon. Begin 2014 escaleerde dit protest toen militaire politie met geweld ingreep waarbij vijf mensen werden doodgeschoten, vele gewonden vielen en drieëntwintig mensen werden opgesloten in een beruchte gevangenis.

Ondervoede naaisters vallen flauw
Afgelopen augustus vielen wederom vele naaisters flauw op hun werkplek. In augustus vielen ruim 400 arbeidsters flauw in vier verschillende fabrieken. Begin juli vielen er 38 arbeiders flauw in een fabriek. In 2014 registreerde het Ministerie van Arbeid meer dan 1400 gevallen van flauwte in 24 kledingfabrieken. Deze massale flauwtes worden toegeschreven aan ondervoeding, hoge productiedoelstellingen en de vele overuren die naaisters maken om een beetje rond te kunnen komen.

Athit Kong, leider van de onafhankelijke vakbond C.CAWDU zegt: “Na een jarenlange campagne is het duidelijk dat de enige manier om een leefbaar loon te bereiken CAO-onderhandelingen zijn tussen kledingmerken, de eigenlijke werkgevers, en arbeiders. Een minimumloon van $140 dollar zijn broodkruimels voor de hongerige arbeiders. Om te kunnen overleven is de gevraagde $177 een eerste stap.”

Oproep Cambodjaanse vakbonden aan kledingmerken
Afgelopen oktober besloot een adviesorgaan van de overheid het minimummaandloon met $12 (11 euro) te verhogen naar $ 140 (130 euro). Veel minder dan de eis van de ruim 700.000 Cambodjaanse kledingarbeiders van minimaal $177 waardoor een aantal vakbonden ook in actie kwamen.

Diverse Cambodjaanse vakbonden werken samen om ervoor te zorgen dat internationale kledingmerken een minimumloon van $177 laten uitbetalen door hun toeleveranciers in Cambodja. Een tweede eis is dat zij direct een onderhandeling beginnen met de vakbonden om afspraken te maken over het bereiken van een leefbaar loon, eerlijke inkooppraktijken, stabiele werkgelegenheid en vakbondsrechten voor de lange termijn.

Een aantal multinationals, zoals H&M en adidas, hebben zich publiekelijk uitgesproken voor een leefbaar loon in kledingfabrieken. Maar ondanks deze toezeggingen werken kledingarbeidsters nog steeds lange dagen voor een hongerloon.

Controversiële vakbondswet
Naast dit nieuwe minimumloon is er een controversiële vakbondswet door de ministerraad goedgekeurd die de 3400 vakbonden moet reguleren. Deze wet kan elk moment worden aangenomen door het parlement. Maar tot op heden is er geen consultatie geweest met betrokken onafhankelijke vakbonden en Ngo’s. Zij waarschuwen voor de vage taal in de wet, die de wet zeer zwak maakt en ervoor zorgt dat de wet misbruikt kan worden om juist inbreuk te maken op arbeidsrechten.

Deze onvolkomenheden zijn o.a. dat de registratie van federaties moeilijk wordt gemaakt en zo misbruik maakt van de onafhankelijkheid en zelfbestuur van vakbonden. Vakbonden kunnen in hun geheel worden opgedoekt als één individuele vakbondsmedewerker iets onwettigs doet. Daarnaast zijn de sancties voor het schenden van de vakbondswet zo hoog dat een vakbond bij het opleggen van een boete direct failliet kan gaan.